14 mei 2011

Een ode aan Prins Claus

Hier en daar zie je er nog een: een bibliotheekmedewerker in boswachtersoutfit. Maar het gaat nu snel, en naar verwachting kan dit beeld binnen een week of twee voorgoed worden opgeslagen in ons collectieve geheugen. Slechts tijdens carnavalsvieringen zal deze kleding nog sporadisch te zien zijn.

De ontwerper, Bekkoui, een lekkere vent met intelligente oogjes die voortdurend een lichte spotzucht lijken uit te stralen, is het niet in de kouwe kleren gaan zitten. Bijna vier jaar geleden werd het personeel in zijn produkt gehesen. De onderhandelingen tussen hem en de biebdirecteur waren niet helemaal van een leien dakje gegaan. Dr. Frankl kwam Aziz, zoals intimi hem noemen, eens briesend tegen in de lift onderweg van de directie naar de begane grond. Het schuim bubbelde hem uit de mond en uit zijn ogen spoten duizenden minuscule vuurbolletjes. Zichtbaar een innerlijke strijd leverend vóór beschaving en tegen barbarij poogde hij vruchteloos zijn verwensingen binnensmonds te houden.

Maar strijd heeft een vaste plek in de levens van mannen als Bekkoui en Van Velzen. Strijd hoort bij hartstocht. En hartstocht is het voertuig dat hen leidt naar hun doelen. Van een beetje schuim uit de mond van een mode-ontwerper moeten wij als buitenstaanders dus niet te veel schrikken.


Ondertussen verspreidt de nieuwe bedrijfslerenkleur zich als een olievlek over het ODE. Groen wordt verdrongen door de kleur van de dood. Ja, de nieuwe kleur is zwart als de diepste diepte van een pas gedolven graf. Met uitzondering van het in bloedrood uitgevoerde logo, dat aan een spotlustige collega deze kwaadaardige grampraat ontlokte: OBA. Opbaren, Begraven, Afleggen.

De kleren komen uit de stal van Arlon, een bedrijfje dat zich schuil houdt op een industrieterrein in de grijze zone tussen Amsterdam-Nieuw Zuid en Nieuw West, maar dat afgaande op stijl en snit van de diverse ontwerpen zijn roots onmiskenbaar heeft in Londen.


Het personeel van het ODE heeft de eer gekregen om te worden gehuld in een geheel nieuw ontworpen lijn, genaamd Evolution. Het kan dus nog alle kanten op.



De nieuwe kleding lijkt iets praktischer dan de oude. Alleen zijn de zakken niet ruim bemeten. Vrouwen moeten het zelfs helemaal zonder zakken in hun pantalons doen. En omdat de vrouwenbroeken bovendien riemlusjes ontberen, zullen de draagsters hun taken voortaan met één hand moeten verrichten. De andere hebben ze nodig om te voorkomen dat ze opeens in hun blote kont staan. Iets wat we niet kunnen gebruiken in deze tijden van zedenverwildering, waarin de OBA als een rots in de branding pal staat voor het behoud van normen en waarden.
Bij sommige van mijn vrouwelijke collega's hebben de klerenmakers van Arlon dit dilemma weten op te lossen door de taille gewoon lekker strak te maken. Dit levert schokkende beelden op van damesflanken waar de broekstriemen diep in staan gestansd. Onderstaande foto is niet afkomstig van de website van Amnesty International, maar ter plekke gemaakt!


Een gemiste kans is verder het overvloedige gebruik van polyester in het vest. Wie een niet al te oud roeibootje bezit, of als kind van arme ouders een herfst lang in een gebruikte vuilniszak heeft rondgelopen, weet dat polyester niet alleen voorkomt dat vocht van buiten naar binnen gaat, maar ook van binnen naar buiten. Een natte rug is het netto resultaat. Wat weer een nadelig effect heeft op de arbeidssatisfactie van de Medewerker Informatie Dienstverlener, die wordt gedwongen om in deze kleding zijn of haar vochthuishouding te dereguleren.



"Wat vindt u eigenlijk van bedrijfskleding, dr. Frankl?", vroeg onlangs een vaste klant me die als journalist de kost verdient.

Welnu, dr. Frankl heeft niet zo veel met bedrijfskleding, of hij er daarin nu uitziet als een boswachter of als een doodgraver. Hij heeft gemerkt dat hij proactiever is in zijn eigen kloffie. Dat is een kwestie van geloof. Dr. Frankl gelooft gewoon niet in bedrijfskleding.
Ja, daar komt de aap dan eindelijk uit de mouw. Maar omdat geloof een persoonlijke zaak is, is hij bereid om te sterven voor het recht van anderen om wél in bedrijfskleding te geloven, en dit geloof ook uit te dragen.

Men kan ingewikkelde psychologische theorieën uitrollen om het verschil in antipathie ten aanzien van uniformen te verklaren. Dr. Frankl heeft zich daar enige tijd het hoofd over gebroken. Tot hem de wijze lessen te binnen schoten uit een van de trainingen die de OBA destijds aan het personeel aanbood.

De trainer van die training, S.H., destijds door collega's zo onterecht afgeserveerd als zweefteef, leerde ons geduldig hoe wij met ons allen in elkaar steken.
Ieder mens is uniek, sprak ze. Maar hoe vaak worden we op ons uniek zijn oftewel op onze authenticiteit ingezet? De wereld om ons heen bepaalt te vaak hoe wij moeten zijn en daarom laten we ons gemakkelijk uit onze natuurlijke kracht halen. Dit beïnvloedt onze prestaties op allerlei gebieden, zoals creativiteit, leidinggeven, inspiratie en efficiency.

Gelukkig heeft de OBA ons met de genoemde training handvatten aangeleverd om weer in onze authenticiteit te gaan staan, en deze vervolgens kinesthetisch te her-ankeren. Dat is dr. Frankl gelukt. Hij heeft zijn kern zichtbaar gemaakt en daarmee zijn authenticiteit hervonden. Dankzij de trainer heeft hij de schillen rond zijn authenticiteit herkend en ontmaskerd, en afgeworpen.
Een van die schillen is de vermomming, tot welke wij bedrijfskleding kunnen rekenen.
Pro-activiteit zit in je authentieke zelf, althans dat maakt je geschikt voor het werk, niet je vermomming.
Dr. Frankl werkt, leeft en ademt nu weer vanuit zijn stevig geankerde stukje eigenheid. Zijn klanten zijn hem er dankbaar voor. Niet in de laatste plaats omdat zij een in bedrijfskleding vermomde Medewerker Informatie Dienstverlening vaker niet dan wel als zodanig herkennen.

Ach ja, Prins Claus. Waren we die bijna nog vergeten. Niemand kan dr. Frankl ervan beschuldigen aanhanger van de monarchie te zijn. Maar Prins Claus was een goeie en dappere vent. Luttele jaren voor zijn dood sprak hij voor een internationaal gezelschap, en met vele camera's op zich gericht, met een onverhulde verwijzing naar Karl Marx, de volgende woorden, in een toespraak die de geschiedenis zou ingaan als The Declaration of the Tie:

Stropdasdragers aller landen verenigt u: werpt het touw af dat u hindert! Zet uw nek op het spel! Bevrijdt u en waagt u in het openboordenparadijs!

Waarna hij zijn eigen stropdas lossjorde, hem als in een striptease sensueel in de hand rondslingerde, en hem liet neerkomen voor de voeten van zijn verbijsterde vrouw.


Bewegende beelden van deze revolutionaire actie alhierrrr.
Aan Prins Claus draag ik dit blogsel op.

Tot slot: voor ik mijn oude bedrijfskleding in de kledingcontainer werp, waarvan de inhoud elke maand wordt afgevoerd naar Somalië, om daar te worden herverbruikt door arme sloebers die blij zijn met elk stukje textiel dat ze maar te pakken kunnen krijgen om hun lijven mee te bedekken, mag eerst mijn kat er nog even van genieten.

2 opmerkingen:

antoine zei

Beste Dr Frankl,

Uw column is mij uit het hart gegrepen. U bent een echte mensendokter met oog voor detail en een fijnzinnige pen. Heeft u ook spreekuur voor fondspatienten?

Antoine

dr. Frankl zei

Geen spreekuur Antoine, maar wel een effectieve doch betaalbare therapie in boekvorm, die prima aansluit op de noden van de patient met de kleine beurs.
Ik kan je dr. Frankl's Elastiekterapiek van harte aanbevelen.
De eerste druk verscheen alweer in 1983 en vele zijn er daarna gevolgd.
Het is nu tijdelijk uitverkocht, maar gelukkig staat een der laatste drukken sinds kort online. Het is zo heel goed te gebruiken.

Hier is de link.

succes!