22 maart 2011

Chi va piano va sano e va lontano

Twee maanden geleden had jullie dr. Frankl het geluk om een grote doos vol met oude Donald Ducks te erven. Het betrof losse nummers uit de periode 1955 tot 1968. Dat betekent dat alle Donald Duck-verhalen in deze nummers werden getekend door de geniale Carl Barks, en niet door een van de neptekenaars die het vrolijke weekblad zouden verrijken met nep-eenden, nadat Barks met pensioen was gegaan (klik op plaatjes om ze groter te maken).



Al lezend stuitte ik op het verhaal Europa in vogelvlucht uit 1962, in Nederland voor het eerst gepubliceerd in het vakantienummer van 1968. Hierin zijn Donald en de neefjes op een georganiseerde See Europe in five days vakantie.
Dat betekent dus flink doorwerken, want Europa is groot, en de tijd vliegt.


Dit leidt tot situaties van het spul waar nachtmerries van gemaakt worden:


Carl Barks geeft met zijn inktzwarte humor commentaar op het zeker in die dagen typisch Americaanse verschijnsel van heel Europa willen zien in 1 vakantie:





Om het verhaal de structuur en het gevoel van een sprookje te geven, laat hij op bijna elke pagina een dik vrouwtje terugkeren, dat helemaal geen haast heeft:



Donald, die vrijwel vanaf het begin van het verhaal achterop is geraakt en de achterstand poogt in te lopen, vindt haar voortdurend op zijn weg. Elke keer blijkt zij, zich tergend traag voortbewegend, inderdaad zoals in een nachtmerrie, een slimmere afslag te hebben genomen of een handiger weg.



Het is om gek van te worden, en dat wordt de arme Donald dan ook!

Als hij denkt slim te zijn door een gondel met gondelier in te huren, begaat hij de noodlottige vergissing om het dure tarief "met" te kiezen, in de veronderstelling dat "met" met volle kracht vooruit betekent. Al snel ontdekt hij waar hij werkelijk extra voor heeft betaald: tijdens de tocht - voor oom Donald een race tegen de tijd om weer bij het reisgezelschap en de neefjes te komen - kweelt de gondelier alle vijf coupletten van Vermicelli's Canto Spaghetti con Stokkebrodio. Opnieuw is een groter contrast tussen de gehaaste eend en zijn omgeving amper denkbaar:


Na een slopende vakantie komen Donald en de neefjes weer thuis. eind goed al goed.

In tegenstelling tot de neptekenaars geeft Carl Barks zijn verhalen vaak een onopdringerige moraal mee, maar daar weet hij dan toch weer een onverwachte draai aan te geven. Want wat heeft onze hysterische eend eigenlijk van zijn avontuur geleerd?


De humor in de originele Donald Duck-verhalen doet me wel eens denken aan die in de films van Billy Wilder: tijdloze thema's, en een sarcasme zo diep, dat dit destijds amper werd herkend. Daar moest eerst een generatie overheen gaan.

Wat heb ik zelf geleerd van dit verhaal? Na lezing heb ik onmiddellijk dr. Frankl's eigen Wetenschappelijk Bureau een opdracht gegeven. Intensief onderzoek naar aanleiding van deze opdracht heeft uitgewezen dat wie alles 70 procent rustiger aandoet, nog altijd 40 procent productiever is dan de gemiddelde Nederlander was in peiljaar 1971.
Daarnaast wordt hij bijna 35 procent gelukkiger op de schaal van Rumpelmacher.
En nu komt het meest opzienbarende resultaat van dit onderzoek: mensen die het rustig aan doen, stralen dit uit op hun omgeving. Wie veel te maken heeft met een of meer personen die het rustig aan doen, wordt daar zelf zo'n 23 procent gelukkiger van. Zelfs als hij of zij zelf door blijft jakkeren!
Ik ga het dus voortaan wat rustiger aan doen, want ik wil dat jullie allemaal gelukkiger worden.

1 opmerking:

Leo zei

Gelukkig zijn de Barks-verhalen goed uitgegeven in de schier eindeloze serie De Beste Verhalen van Donald Duck-al sinds 1975.Daar mogen we Thom Roep, mede NieuwWester, klasgenoot van mij op cartesius(beiden mislukt) en OSG dankbaar voor zijn.En gelukkig is er één goede navolger van de grote Barks: Daan Jippes.