01 maart 2011

Inpakken of ingepakt worden

Mijn vader, dr. Frankl senior, heeft me wel eens verteld dat het meer dan tien jaar duurde voor hij het inpakken onder de knie had.
De waar die hij verkocht, onbewerkt textiel met een oppervlakte van enkele vierkante centimeter tot vele strekkende meters, verpakte hij doorgaans in degelijk bruin pakpapier. Hij deed dat met een handigheid, een snelheid en een efficiëntie die dr. Frankl junior als kind vanzelfsprekend vond, totdat...... hij op 8-jarige leeftijd zelf voor het eerst iets moest inpakken, en tot zijn frustratie ontdekte dat dit helemaal niet zo vanzelf ging.
In de jaren die volgden, is hij steeds beter gaan begrijpen dat goed inpakken je reinste Zen is. Je moet één worden met het materiaal, jezelf erin verliezen, om de volledige beheersing te krijgen. Dr. Frankl heeft dat stadium nimmer bereikt. Bij lange na niet. Je kan hem echter beter niet alleen laten met een onuitgepakt pakje, want daar weet hij wel raad mee.

Wellicht ter compensatie heeft dr. Frankl zich een paar jaar geleden onbezoldigd geworpen op pakpapier-design voor zijn werkgever. Als geen ander kent hij het zinnelijk genot dat het uitpakken van een volgens de regelen der kunst verpakt voorwerp kan verschaffen. Een goed verpakt voorwerp uitpakken is op een hoog niveau communiceren met de inpakker. Dat heeft hij van zijn vader geleerd, en van het uitpakken van de ontelbare pakjes - met name sinterklaascadeautjes - die door de laatste van een papiertje werden voorzien.

Toen de OBA zich in een broodnodige nieuwe huisstijl hees en deze hem beviel, is hij onmiddellijk aan de slag gegaan. Hij sloot zich drie dagen en drie nachten op in zijn studeerkamer met slechts een liter water, een liter bourbon en 2 pakken bastogne koeken
Toen hij weer naar buiten kwam, had hij ongeveer twintig ontwerpen voor duidelijk herkenbaar inpakpapier, waarmee kleine artikeltjes uit de biebwinkel aantrekkelijk zouden kunnen worden verpakt en die daarom, zo is ook uit onderzoek gebleken, het vermogen hadden om een prettige en duurzame associatie te leggen tussen aantrekkelijke geschenken en de OBA.
Hieronder een paar (aanklikbare) voorbeelden, ware grootte A3, maar uiteindelijk te produceren als rollen van 50 meter:








Omdat dr. Frankl korte tijd daarna toch een afspraak had met de afdeling PR, nam hij een paar voorbeelden mee en peilde de interesse.
Een beetje teleurgesteld stond hij een uur later weer buiten. Het is nooit leuk om je ideeën afgewezen te zien worden. Maar bovenal was hij verbaasd. Want wat was de reden van deze afwijzing? Niet dat het geen goed idee zou zijn. Niet dat de ontwerpen niet mooi zouden zijn.
Nee, de reden was dat de OBA geen eigendomsrecht heeft over de huisstijl, die door een hier niet met name te noemen bureau werd ontworpen. Het is zoiets als dat het verboden is om een knoop te naaien aan je eigen overhemd.
Dat zal wel een normale gang van zaken zijn, maar dr. Frankl heeft er toch wat moeite mee. Net zo heeft hij er moeite mee dat het de bieb niet is toegestaan om in haar eigen hoofdvestiging een bewegwijzering te bevestigen op haar eigen kasten, die het de bezoekers een stuk makkelijker zou maken om het boek te vinden dat ze zoeken.

Dr. Frankl is een beetje ouderwets. Hij vindt dat vorm functie dient te volgen, en niet andersom. Hij meent - maar iedereen mag hem tegenspreken - dat vormgevers hun plaats moeten kennen. Helaas weet hij uit ervaring dat veel vormgevers het hoog in hun bol hebben.
Maar over tunnelvisie later meer.

Geen opmerkingen: